blackbox(1) General Commands Manual blackbox(1) NAAM blackbox - een window manager voor X11 SYNOPSIS blackbox -help | -version blackbox [ -rc rcfile ] [ -display display ] BESCHRIJVING Blackbox is een window manager voor het X Window System van de Open Group, versie 11 release 6 en daarboven. Blackbox is geschreven in C++, zonder code van enige andere window manager, hoewel de implementatie van de graphics lijkt op die van Window Maker. Vanaf het moment dat de eerste regel code werd geschreven, groeide Blackbox rond een enkel premisse: minimalisme. Het is niet bedoeld als de meest oogstrelende, uitgebreide, of versierde NeXT look-alike. Het is slechts bedoeld snel te zijn. Blackbox biedt configureerbare venster-decoraties, een startmenu om programma's op te starten en een werkbalk die de naam van het huidige werkblad laat zien, de naam van de huidige toepassing en een klok. Er is ook een werkbladmenu om werkbladen toe te voegen of te verwijderen. De `slit' kan worden gebruikt om speciale, kleine applicaties in af te beelden. De meeste bbtools (kleine programma's bedoeld voor gebruik bij Blackbox) kunnen de slit gebruiken. Blackbox behandelt ikonen op een speciale manier: Als je een venster minimaliseert verschijnt er geen ikoon; in plaats daarvan kun je het programma terug vinden in het `Ikonen' submenu van het Werkblad menu. Je bureaublad zal dus nooit propvol ikonen komen te zitten. Als alternatief voor ikonen kun je dubbelklikken op de titelbalk van een venster, het venster zal nu dichtklappen en alleen de titelbalk blijft zichtbaar. Blackbox heeft zijn eigen mogelijkheden om de achtergronden van menu's en borders te creeren. Door stijlbestanden te gebruiken kun je in hoge mate bepalen hoe je bureaublad eruit ziet. Momenteel gebruikt Blackbox een eigen protocol om met andere programma's te communiceren, maar ondersteuning van de nieuwe window manager specificatie die Gnome en KDE gebruiken is in voorbereiding. OPTIES Blackbox ondersteunt de volgende commandoregel-opties: -help Toon commandoregel-opties en ingecompileerde mogelijkheden en stop. -version Toon versie info en stop. -rc rcfile Gebruik een ander run-control bestand dan het standaard ~/.blackboxrc. -display display Start Blackbox op de aangegeven display. Programma's die door Blackbox worden gestart hebben de DISPLAY omgevingsvariabele ook gezet op deze waarde. BLACKBOX STARTEN Normaal gesproken wordt Blackbox gestart door het startup-script van de gebruiker, meestal ~/.xinitrc. Om Blackbox op te starten, voeg het commando exec blackbox als het laatst uitgevoerde commando in dit script. Als Blackbox stopt, zal de X sessie ook stoppen. Bij het opstarten zoekt Blackbox een standaard menu bestand in /usr/share/blackbox/menu. Je kunt hier een systeem-breed menu opnemen voor alle gebruikers. Bij herstarten of afsluiten zal Blackbox de gebruikers instellingen opslaan in het bestand ~/.blackboxrc in de homedirectory van de gebruiker. Sommige resources in dit bestand kunnen handmatig worden bewerkt. BLACKBOX GEBRUIKEN Vanaf versie 0.60.x ondersteunt Blackbox geen sneltoetsen meer, maar laat dit over aan een extern programma, bbkeys(1). In deze afdeling zullen we dus alle muiscommando's de revue laten passeren. Achtergrond (bureaublad): Met de rechter muisknop (vanaf hier knop 3) roep je het startmenu op. Hiermee kun je je programma's opstarten. Je kunt dit menu aan je wensen aanpassen. Met de middelste muisknop (knop 2) roep je het werkblad menu op. Je kunt werkbladen toevoegen of verwijderen, de ikonen bekijken, en direct naar een applicatie of werkblad toespringen. Met de linker muisknop (knop 1) op een toepassing in het werkblad (sub)menu spring je naar dat werkblad en krijgt die toepassing de focus; klik je met de knop 2 op een toepassing in het werkblad (sub)menu, dan wordt de toepassing naar het huidige werkblad gehaald. Werkbalk: De werkbalk bestaat uit drie velden: de naam van het werkblad, de naam van de toepassing die momenteel toetsenbordfocus heeft, en een klok. Een muisklik met knop 1 brengt de werkbalk naar de voorgrond, met knop 2 naar de achtergrond, en met knop3 roep je het werkbalk menu op. Met dit menu kun je de naam voor het huidige werkblad aanpassen (druk op Enter om het invoeren van de naam te beeindigen). Ook kun je kiezen waar de werkbalk moet worden geplaatst, of het altijd op de voorgrond moet blijven of zich automatisch moet verbergen als de muis de werkbalk verlaat. Let wel: In Blackbox versies beneden 0.60.0 roept een muisklik met knop 3 direct de `Naam werkblad wijzigen' modus op. Titelbalk en border van vensters: Links klikken op titel of border van een venster plaatst dit venster naar de voorgrond. Slepen verplaatst vervolgens het venster. Slepen met de kleine grepen links en rechts onder (beneden versie 0.60: alleen rechts onder) verandert de grootte van het venster. Klikken met knop 2 op titel of border van een venster plaatst dit venster naar de achtergrond. Een klik met knop 3 op titel of border van een venster roept het venster menu op, dat de volgende commando's bevat: Verplaats naar... Verplaats het venster naar een ander werkblad. Als je het werkblad in dit submenu selecteert met knop 2 stuurt Blackbox jouw met de toepassing naar dat werkblad Alleen Titel Klapt het venster dicht. Alleen de titelbalk blijft zichtbaar Minimaliseren Minimaliseer venster. Het venster verdwijnt van het scherm en kan gevonden worden in het submenu `Ikonen' van het werkblad menu Maximaliseren Vergroot het venster tot volledig scherm. Klik je met knop 2 op dit item, dan wordt het venster alleen in vertikale richting vergroot Naar Voorgrond Haal venster naar voorgrond (i.e. niet bedekt door andere vensters) Naar Achtergrond Breng venster naar achtergrond (i.e. achter alle andere vensters) Altijd Zichtbaar Maakt dat dit venster altijd zichtbaar blijft in alle werkbladen Afbreken Stuur een KILL signaal naar de eigenaar van het venster Sluiten Sluit de applicatie netjes af Als je dubbelklikt op de titelbalk van een venster, klapt het venster dicht en alleen de titelbalk blijft zichtbaar. Nogmaals dubbelklikken beeldt het venster weer af. Venster knoppen: De knop uiterst linksboven aan een venster is de Minimaliseer knop. Erop klikken heeft tot resultaat dat het venster van het scherm verdwijnt en terug te vinden is in het submenu 'Ikonen' van het werkblad menu. De knop uiterst rechtsboven (met de X) sluit de toepassing. De andere knop rechtsboven (indien aanwezig) kan gebruikt worden om het venster op drie manieren te vergroten: Muisknop 1 maximaliseert het venster naar volledig scherm, muisknop 2 alleen in vertikale richting, en knop 3 alleen in horizontale richting. Elk menu: Klikken met knop 3 in een menu laat het verdwijnen. Klikken en slepen met knop 1 op de titelbalk van een (sub)menu verplaatst het menu over het scherm. Het menu blijft dan zichtbaar, ook als een item gekozen wordt! Overig: Als je een venster wilt verslepen, maar de randen vallen geheel buiten het scherm, kun je Alt + muisknop 1 gebruiken om het venster te verslepen. Je kunt Alt + knop 1 ook gebruiken om een gedeeltelijk zichtbaar venster naar de voorgrond te halen. Tot slot, Alt + knop 2 brengt een venster naar de achtergrond, en Alt + knop 3 verandert de grootte van het venster. HET MENU BESTAND Een standaard menu bestand wordt geinstalleerd in /usr/share/blackbox/menu. Dit systeem-brede menu kan worden aangepast voor alle gebruikers tegelijk. Maar het is ook mogelijk een persoonlijk menu aan te leggen. Het is een conventie om een directory ~/.blackbox/ (of ~/blackbox/) aan te maken in je home directory, en een menu bestand, bijvoorbeeld menu aan te maken, of het systeem-brede menu naar deze lokatie te kopieren. Vervolgens moeten we Blackbox vertellen ons menu te laden in plaats van het standaard menu. Dit krijgen we voor elkaar door een resource waarde in te voegen (of, indien reeds aanwezig, te wijzigen) in het ~/.blackboxrc bestand, bijvoorbeeld: session.menuFile: ~/.blackbox/menu Om Blackbox deze verandering te laten merken moet Blackbox herstart worden. Wees er zeker van dat dit menu werkbaar is, kies dan `Herstarten' van het standaard menu. Syntax van het Menu bestand De schrijfwijze in het menu bestand is zeer eenvoudig en effectief. Er zijn per regel drie velden, in de volgende vorm: [soort item] (label of bestandsnaam) {shell commando of bestandsnaam} De volgende soorten items zijn er: [begin] (label voor startmenu) Dit item moet het eerste item zijn. Wordt het niet gevonden, dan zal Blackbox het standaard menu afbeelden. [end] Hier eindigt een menu. Dit kan zowel het hoofdmenu als een submenu zijn. In elk geval een [end] item moet aanwezig zijn, hetwelk correspondeert met het bijbehorende [begin] item. [exec] (label) {shell commando} Voegt een commando item in het menu in. Als de gebruiker hierop klikt, wordt het shell commando uitgevoerd. [exit] (label) Voegt een item in dat Blackbox laat stoppen. Alle open vensters worden aan de achtergrond geplant voordat Blackbox afsluit. [include] (bestandsnaam) Voegt op deze plaats een ander menubestand in met bestandsnaam. De bestandsnaam kan het volledige pad aangeven of met ~/ beginnen, wat wordt geexpandeerd naar de home directory van de gebruiker, bijvoorbeeld: [include] (~/blackbox/stylesmenu) zal /home/bhughes/blackbox/stylesmenu toevoegen in het menu). [nop] (label - optioneel) Voegt een leeg item toe. Hiermee kun je items groeperen in een menu als dat gewenst is. [nop] accepteert een label, maar dat is niet noodzakelijk. Als geen label wordt opgegeven wordt een blanco item ingevoegd. [style] (label) {bestandsnaam} Voegt een item in, dat de opgegeven bestandsnaam als een stijl bestand leest en interpreteert en de nieuwe texturen, kleuren en lettertypen toepast op de huidige sessie. [stylesdir] (directory naam) Leest alle bestandsnamen van de aangegeven directory, aannemend dat het allemaal geldige stijlbestanden zijn (directories worden genegeerd), en maakt menu items aan in het huidige menu, een voor elk stijlbestand. De gebruiker kan op de naam klikken om die stijl te selecteren. [stylesmenu] (label) {directory naam} Maakt een submenu aan met label (wat ook gelijk de titel van het nieuwe submenu is), en voegt in dat submenu alle bestandsnamen van de aangegeven directory in, op dezelfde manier als het [stylesdir] commando dat doet. Zowel de[stylesdir] als [stylesmenu] commando's maken het mogelijk om stijlbestanden toe te voegen zonder het menubestand te hoeven bewerken. [submenu] (label) {title voor submenu - optioneel} Geeft aan dat hier een submenu wordt ingevoegd. Er kan een titel voor het submenu worden aangegeven, maar als dat wordt weggelaten krijgt het submenu dezelfde titel als het item dat in het huidige menu verschijnt. Er is geen limiet wat de diepte van submenu structuren betreft. Elke submenu mag weer nieuwe submenu's bevatten. Een [end] item is verplicht om het submenu weer te eindigen. [reconfig] (label) Als dit item wordt geselecteerd, leest Blackbox opnieuw de huidige menu- en stijlbestanden in. Dit is handig als je een stijlbestand aan het bewerken bent, je hoeft dan niet steeds de stijl te selecteren. De menubestanden worden automatisch opnieuw gelezen als zij gewijzigd worden. [restart] (label) {shell commando - optioneel} Herstart Blackbox. Als het shell commando wordt aangegeven is dat het commando dat Blackbox uitvoert bij afsluiten. Hiermee kan bijvoorbeeld een andere window manager wordt gestart zonder de sessie af te breken. Wordt het commando niet aangegeven, dan start Blackbox zichzelf opnieuw. [config] (label) Voegt een ingebouwd Blackbox menu in, bedoeld voor talrijke instellingen zoals plaatsing van vensters, focus stijl etc. [workspaces] (label) Voegt een link naar het werkbladmenu in op deze plek. Dit is vooral handig voor mensen die een muis met minder dan 3 knoppen hebben. Regels in het menubestand die met een `#' beginnen worden beschouwd als commentaar en worden genegeerd door Blackbox. In de label en commando velden kunnen karakters worden `ge-escaped' door er backslashes voor te plaatsen, bijvoorbeeld: [exec] (\(my cool\) \{XTERM\}) {xterm -T \"cool XTERM\"} Gebruik `\\' om een letterlijke backslash in te voegen. Menu voorbeeld Ok, laten we eens wat dingen op een rijtje zetten. Hier is een kort voorbeeld van een menu bestand: # Blackbox menu file [begin] (Blackbox 0.60.3) [exec] (rxvt) {rxvt -ls} [exec] (netscape) {netscape -install} [exec] (The GIMP) {gimp} [exec] (XV) {xv} [submenu] (pine) [exec] (inkomend) {rxvt -name pine -e pine -i} [exec] (nieuw bericht) {rxvt -name pine -e pine ""} [end] [submenu] (Window Manager) [exec] (Menu bewerken) {nedit .blackbox/Menu} [submenu] (Stijl) {Welke stijl?} [stylesdir] (~/.blackbox/styles) [stylesmenu] (Blackbox Stijlen) {/usr/share/blackbox/styles} [end] [config] (Instellingen) [reconfig] (Reconfigure) [restart] (Restart) [end] [exit] (Uitloggen) [end] # end of menu file STIJLEN Blackbox maakt het mogelijk speciale bestanden te gebruiken die zogenaamde X(1) resources bevatten om kleuren, texturen en lettertypen in te stellen, en daarmee de aanblik van je vensters, menu's en de werkbalk. De standaard installatie van Blackbox plaatst enkele fraaie stijlbestanden in /usr/share/blackbox/styles. Je kunt deze bekijken of bewerken om erachter te komen hoe het Blackbox stijlmechanisme werkt. Je kunt de [style], [stylesdir] en [stylesmenu] menu commando's in je menu bestand gebruiken om deze stijlen te selecteren terwijl Blackbox draait. Maar je kunt ook een directory ~/.blackbox/styles in je home directory aanmaken en je eigen stijlen daar opslaan. Natuurlijk kun je je stijlen overal opslaan, maar als je stijlen downloadt van bb.themes.org is de naam styles de beste keuze. Om te begrijpen hoe het stijlmechanisme van Blackbox precies werkt, moet je een beetje kennis hebben van hoe X resources werken. X resources bestaan uit een sleutel en een waarde. De sleutel kan bestaan uit verschillende kleinere sleutels (kinderen genaamd), verbonden met punten (`.'). Sleutels mogen ook een asterisk (`*') bevatten, zodat een enkele regel tekst vele verschillende sleutels kan beslaan. Dit is bijvoorbeeld handig voor stijlen die uit slechts een of twee kleuren bestaan. De drie belangrijkste componenten van Blackbox zijn de werkbalk, de menu's en de venster omramingen. Deze kunnen door middel van de resources in een stijlbestand geconfigureerd worden. Het kleine venster dat Blackbox toont bij verslepen van vensters heeft dezelfde stijl als de titelbalk van een venster. Hier zijn wat voorbeelden: toolbar.clock.color: green Dit zet de `color' sleutel van de klokl in de werkbalk op `green'. Het resultaat is dat de klok op een groene achtergrond verschijnt. Een ander voorbeeld: menu*color: rgb:3/4/5 Dit stelt de `color' sleutel van het menu en alle kinderen daarvan in op `rgb:3/4/5'. (Voor een beschrijving van kleurnamen zie X(1).) Dus de waarde `rgb:3/4/5' geldt nu ook voor menu.title.color en menu.frame.color. En met *font: -b&h-lucida-medium-r-normal-*-*-140-* kun je het lettertype voor alle componenten van Blackbox in een keer instellen. (Voor informatie over de lettertypen die op je systeem geinstalleerd zijn kun je een programma als xfontsel(1), gtkfontsel, of xlsfonts(1) gebruiken.) Welnu, wat Blackbox zo interessant maakt, is de mogelijkheid om grafische texturen on-the-fly te genereren. Textuur omschrijvingen worden direct aan de sleutel toegekend waarvoor zij moeten gelden, bijvoorbeeld: toolbar.clock: Raised Gradient Diagonal Bevel1 toolbar.clock.color: rgb:8/6/4 toolbar.clock.colorTo: rgb:4/3/2 Schrik niet, we leggen dit meteen uit! Een textuur omschrijving bestaat uit maximaal vijf velden, als volgt: Flat / Raised / Sunken geeft de component een platte, opliggende of verzonken aanblik. Gradient / Solid geeft aan of Blackbox een kleurverloop (gradient) moet genereren of een effen kleur (solid). Horizontal / Vertical / Diagonal / Crossdiagonal / Pipecross / Elliptic / Rectangle / Pyramid Kies een van deze textuur soorten. Ze werken alleen als je het Gradient type kiest! Interlaced geeft aan dat Blackbox om de andere beeldlijn een lijn donkerder moet maken. Deze mogelijkheid wordt meestal gebruikt met kleurverlopende texturen, maar vanaf Blackbox versie 0.60.3 werkt dit ook met effen kleuren. Bevel1 / Bevel2 stelt het soort omranding in dat Blackbox moet gebruiken in geval van een `Raised' of `Sunken' textuur. `Bevel1' is standaard. De afschuining is 1 pixel breed. Bevel2 is een alternatief. De afschuining is ook 1 pixel breed, maar nu 1 pixel vanaf de rand naar binnen geplaatst. In plaats van een textuur omschrijving, kun je ook de optie ParentRelative gebruiken, waardoor de component als deel van de onderliggende component (ouder) verschijnt, dus eigenlijk transparant. Alle texturen met kleurverloop zijn samengesteld uit twee kleuren, de color en colorTo sleutels. Wanneer de Interlaced modus wordt gecombineerd met Solid, dan wordt de colorTo sleutel gebruikt om de alternerende kleur te bepalen. Okay, hier is de complete componentenlijst, waarin aangegeven wordt welk soort waarde de sleutels kunnen bevatten. Commentaar wordt voorafgegaan door een uitroepteken (`!'), dat ook kan worden gebruikt in de Blackbox stijlbestanden, die in werkelijkheid gewoon X resource bestanden zijn. ! De werkbalk zelf toolbar: Textuur omschrijving toolbar.color: Kleur toolbar.colorTo: Kleur ! De knoppen op de werkbalk toolbar.button: Textuur omschrijving of ParentRelative toolbar.button.color: Kleur toolbar.button.colorTo: Kleur ! Kleur van de pijlen op de werkbalk-knoppen toolbar.button.picColor: Kleur ! Knoppen in ingedrukte toestand toolbar.button.pressed: Textuur omschrijving (bijv. Sunken) of ParentRelative toolbar.button.pressed.color: Kleur toolbar.button.pressed.colorTo: Kleur ! Kleur van de pijlen in ingedrukte toestand toolbar.button.pressed.picColor:Kleur ! Werkbalk, naam toolbar.label: Textuur omschrijving of ParentRelative toolbar.label.color: Kleur toolbar.label.colorTo: Kleur toolbar.label.textColor: Kleur ! Werkbalk, naam van gefocust venster toolbar.windowLabel: Textuur omschrijving of ParentRelative toolbar.windowLabel.color: Kleur toolbar.windowLabel.colorTo: Kleur toolbar.windowLabel.textColor: Kleur ! Werkbalk, klok toolbar.clock: Textuur omschrijving of ParentRelative toolbar.clock.color: Kleur toolbar.clock.colorTo: Kleur toolbar.clock.textColor: Kleur ! Hoe de tekst op de werkbalk moet worden uitgelijnd toolbar.justify: center, left, of right ! Lettertype voor alle werkbalk componenten toolbar.font: Lettertype (bijv. -*-helvetica-medium-r-normal-*-*-100-*) ! Titelbalk van menu's menu.title: Textuur omschrijving menu.title.color: Kleur menu.title.colorTo: Kleur menu.title.textColor: Kleur menu.title.font: Lettertype menu.title.justify: center, left, of right ! Body van menu's menu.frame: Textuur omschrijving menu.frame.color: Kleur menu.frame.colorTo: Kleur menu.frame.textColor: Kleur ! Kleur van uitgeschakelde menu items menu.frame.disableColor: Kleur menu.frame.font: Lettertype menu.frame.justify: center, left, of right ! Kogeltjes voor menu items menu.bullet: empty, triangle, square, of diamond menu.bullet.position: right of left ! Het actieve menu item menu.hilite: Textuur omschrijving (bijv. Raised) menu.hilite.color: Kleur menu.hilite.colorTo: Kleur menu.hilite.textColor: Kleur ! Het actieve venster window.title.focus: Textuur omschrijving window.title.focus.color: Kleur window.title.focus.colorTo: Kleur ! Inactieve vensters window.title.unfocus: Textuur omschrijving window.title.unfocus.color: Kleur window.title.unfocus.colorTo: Kleur ! Label van vensters, actief (focus) of inactief (unfocus) window.label.focus: Textuur omschrijving of ParentRelative window.label.focus.color: Kleur window.label.focus.colorTo: Kleur window.label.focus.textColor: Kleur window.label.unfocus: Textuur omschrijving of ParentRelative window.label.unfocus.color: Kleur window.label.unfocus.colorTo: Kleur window.label.unfocus.textColor: Kleur ! Balk onderaan venster window.handle.focus: Textuur omschrijving window.handle.focus.color: Kleur window.handle.focus.colorTo: Kleur window.handle.unfocus: Textuur omschrijving window.handle.unfocus.color: Kleur window.handle.unfocus.colorTo: Kleur ! Hoeken voor het veranderen van de grootte window.grip.focus: Textuur omschrijving window.grip.focus.color: Kleur window.grip.focus.colorTo: Kleur window.grip.unfocus: Textuur omschrijving window.grip.unfocus.color: Kleur window.grip.unfocus.colorTo: Kleur ! Knoppen op titelbalk window.button.focus: Textuur omschrijving of ParentRelative window.button.focus.color: Kleur window.button.focus.colorTo: Kleur window.button.focus.picKleur: Kleur window.button.unfocus: Textuur omschrijving of ParentRelative window.button.unfocus.color: Kleur window.button.unfocus.colorTo: Kleur window.button.unfocus.picColor: Kleur window.button.pressed: Textuur omschrijving (bijv. Sunken) window.button.pressed.color: Kleur window.button.pressed.colorTo: Kleur ! Frame rond venster window.frame.focusColor: Kleur window.frame.unfocusColor: Kleur ! Lettertype en uitlijning voor de titelbalk van vensters window.font: Lettertype window.justify: center, left, of right ! Andere sleutels ! Een border kan rond alle componenten worden getekend borderWidth: aantal pixels, bijv. 1 borderColor: Kleur bevelWidth: aantal pixels > 0 handleWidth: aantal pixels > 0 ! Breedte van het frame rond een venster (vanaf 0.61) ! Als deze waarde niet wordt aangegeven wordt de waarde van ! bevelWidth gebruikt. frameWidth: aantal pixels >= 0 ! Dit shell commando wordt uitgevoerd als het stijlbestand wordt gelezen ! Meestal wordt het gebruikt om de achtergrond aan te passen. rootCommand: Shell commando, bijv. bsetroot -mod 4 4 -fg rgb:5/6/6 -bg grey20 ! Sommige van de bbtools lezen deze oude 0.51.x sleutels menuFont: Lettertype titleFont: Lettertype Dit lijkt een erg lange lijst, maar denk eraan, wanneer je je eigen stijl creeert, kun je heel eenvoudig met een paar regels vele instellingen maken, bijvoorbeeld: *color: slategrey *colorTo: darkslategrey *unfocus.color: darkslategrey *unfocus.colorTo: black *textColor: white *unfocus.textColor: lightgrey *font: lucidasans-10 Hiermee worden al heel veel componenten van goede instellingen voorzien. DE SLIT De Slit is een speciaal frame dat zogenaamde `dockable' applicaties kan bevatten, bijvoorbeeld de `bbtools.' Als applicaties in de slit draaien, hebben je geen vensteromraming van zichzelf, maar worden ze netjes geordend in de slit, en zijn ze altijd zichbaar in het huidige werkblad. Klik met muisknop 3 op de rand van de slit voor een menu met instellingen betreffende positie, automatisch verbergen, en of de programma's in de slit vertikaal of horizontaal gegroepeerd moeten worden. De meeste dockable toepassingen bedoeld voor de slit gebruiken de -w commandoregeloptie om in de slit te draaien. Je kunt slit applicaties bijvoorbeeld starten vanuit je ~/.xinitrc: bbmail -w & bbpager -w & exec blackbox Uiteraard moet Blackbox gecompileerd zijn met Slit ondersteuning om de slit te kunnen gebruiken. RESOURCE BESTAND Normaal gesproken wordt het ~/.blackboxrc resource bestand aangemaakt en bijgehouden door Blackbox zelf. Alle instellingen van het [config] menu (vanaf versie 0.60.x), de laatst geselecteerde stijl, de namen van werkbladen enz. worden opgeslagen in dit bestand. Er zijn echter een paar sleutels in dit bestand die je zelf kan aanpassen: session.menuFile: Hier kun je het complete pad naar het te gebruiken menubestand aangeven. session.screen0.toolbar.widthPercent: Geeft aan hoe breed de werkbalk mag zijn in verhouding tot de volledige breedte van het scherm (in %). Standaard waarde: 66. session.screen0.strftimeFormat: Geeft aan hoe de huidige tijd moet worden aangegeven in de werkbalk. Het strftime(3) formaat wordt hiervoor gebruikt. Standaard waarde (afhankelijk van locale): %I:%M %p. session.autoRaiseDelay: Geeft aan hoe snel (in ms) een venster naar de voorgrond moet worden gehaald als het focus van de muis krijgt (als de Autoraise optie gebruikt wordt). Standaard waarde: 250. session.doubleClickInterval: Geeft aan hoe snel (in ms) twee muisklikken elkaar op moeten volgen wil Blackbox ze als een dubbelklik beschouwen. Standaard waarde: 250. session.screen0.edgeSnapThreshold: Als je een venster vlak bij de rand van het scherm beweegt, kan Blackbox het automatisch naar de rand laten trekken. Hier kun je instellen vanaf hoeveel pixels uit de rand van het scherm een venster `magnetisch' wordt. Standaard waarde: 0. session.cacheMax: Geeft aan hoeveel geheugen (in Kb) Blackbox mag gebruiken om pixmaps te cachen op de X server. Als je weinig geheugen in je computer hebt, kun je deze waarde lager maken. Standaard waarde: 200. session.cacheLife: Geeft aan hoe lang (in minuten) ongebruikte pixmaps in de X server cache mogen blijven. Standaard waarde: 5. session.colorsPerChannel: Geeft aan hoeveel kleuren Blackbox mag gebruiken per kanaal (rood, groen of blauw) van de X server op pseudocolor displays. Blackbox reserveert dan deze waarde ^ 3 kleuren en maakt ze beschikbaar. De waarde moet tussen 2 en 6 liggen. Gebruik je Blackbox op een 8 bits kleurdiepte, dan moet deze waarde op 4 gesteld worden! Standaard waarde: 4. Als je Blackbox `multihead' gebruikt, kan de screen0 sleutel ook screen1, 2 enz. zijn, voor elk scherm. OMGEVINGSVARIABELEN HOME Blackbox gebruikt $HOME om het .blackboxrc resource bestand te vinden en om de ~ prefix in menubestanden te vinden. DISPLAY Als geen andere display werd aangegeven op de commandoregel, zal Blackbox starten op de door deze variabele aangegeven display. AUTEUR en DANKBETUIGING Alle code is geschreven en wordt primair onderhouden door Brad Hughes (blackbox@alug.org) en daarna Jeff Raven (jraven@psu.edu), en wordt nu onderhouden door Sean 'Shaleh' Perry (shaleh@debian.org) met bijdragen en patches van vele anderen, wereldwijd. De officiele Blackbox website: http://blackbox.alug.org/ De ontwikkelaars pagina, voor bug-rapportage en nieuwste versies: http://sf.net/projects/blackboxwm Heel veel stijlen en andere bijdragen: http://www.themes.org/themes/blackbox/ Deze handleiding is geschreven en naar het Nederlands vertaald door Wilbert Berendsen (wbsoft@xs4all.nl). ZIE OOK bsetroot(1), bbkeys(1) 0.62.0 Oktober 2002 blackbox(1)